618 A/I/M Terminals (T) of terminal-users (U)

Voor elk beeldscherm (terminals beginnend met een T) of elke unixlogin-naam (terminal-users beginnend met een U) in gebruik op het systeem dient niet alleen in de systeemconfiguratie bekend te zijn, maar ook via dit programma te zijn ingevoerd. Aan de hand van de hier vermelde gegevens weet het systeem in welk bedrijf het beeldscherm of de gebruiker het laatst werkzaam was, en in welk pakket en programma. Het programma bepaalt zelf of het met terminalnummers (T) of met terminal-users (U) werkt.

Inhoud

 1 - Code variabel scherm-     Geeft aan of een variabel schermopmaakkarakter is
     opmaakkarakter            toegestaan (0 = nee, 1 = ja).
   
 2 - Schermopmaakkarakter      Het teken dat wordt gebruikt voor schermopmaak. In
                               het voorbeeld hierboven is de underscore gebruikt.
                               Naast wijziging in programma 618 kunt u ook met pro-
                               gramma 627 (Keuze Schermopmaak) het gebruikte teken
                               wijzigen.
   
 3 - Bedrijfsletter            Geeft aan in welk bedrijf de betreffende terminal
                               werkzaam is of het laatst werkzaam was.
                         
     Programmanaam             Geeft weer welk programma het laatst is opgestart
                               vanuit het menu door de betreffende terminal. Deze
                               rubriek is niet met dit programma te wijzigen.

     Programmanummer           Geeft het bij rubriek 4 behorende menunummer weer.
                               Indien een programma op een andere wijze is gestart
                               dan door het ingeven van een nummer in het menu bevat
                               deze rubriek niet de actuele waarde. Deze rubriek
                               is niet met dit programma te wijzigen.
   
 6 - Pakketletter              Geeft aan in welk pakket de betreffende terminal
                               werkzaam is of het laatst werkzaam was; bijvoorbeeld
                               F voor BASTA of A voor AGFTA.

Bij het inloggen op een beeldscherm zal het scherm automatisch terechtkomen in het menu van het onder 6 aangegeven pakket en het onder 3 aangegeven bedrijf. Bij het verlaten van een programma zal een beeldscherm in de regel terechtkomen in het submenu dat het laatst gestarte programma bevat.

Werkwijze

Start programma 618.

Maak uw keuze uit de volgende mogelijkheden:
Toets: <A> = Aanmaken terminals/terminal-users
Toets: <I> = Info terminals/terminal-users
Toets: <M> = Muteren terminals/terminal-users
Toets: <V> = Verwijderen terminals/terminal-users
Toets: <F4>= Einde programma

Maak uw keuze; met uitzondering van <F4> wordt elke keuze gevolgd door ingave van het betreffende terminalnummer (T) of de terminal-user (U). Het programma bepaalt dat zelf: voor pc's het nummer van het scherm (maximaal 3 cijfers), voor unix-systemen de unix-loginnaam (maximaal 8 tekens).

Aanmaken:

Wanneer het ingegeven terminalnummer of de ingegeven terminal-user al bestaat volgt hiervan een melding, die u met <RETURN> kunt beantwoorden om terug te keren naar de vorige keuze.

Wilt u terminalnummer T... aanmaken conform de standaard? Toets: <RETURN>/<F2>

of

Wilt u terminal-user U... aanmaken conform de standaard? Toets <RETURN>/<F2>

Bij <F2> keert u terug naar de vorige keuze. Het is mogelijk om met de <RETURN>-toets alvast de pakketletter mee te geven. Gebruik pakketletter 'A' voor het AgfTa-pakket, pakketletter 'M' voor het oude MeuTa-pakket, pakketletter 'N' voor het nieuwe MeuTa-pakket, pakketletter 'F' voor het BasTa-pakket en pakketletters 'G' of 'V' voor het GAP/KavTa-pakket.

De gegevens van de terminal of van de terminal-user worden met de volgende standaardwaardes weggeschreven:

- Code variabel schermopmaakteken   :   1
- Schermopmaakteken                 :   -
- Bedrijfsletter                    :   A
- Programmanaam en -nummer          :   Leeg
- Pakketletter                      :   F of de ingegeven pakketletter
Eventuele wijzigingen hierin kunt u met de keuze Muteren aanbrengen.

Info:

De gegevens van de gekozen terminal of terminal-user verschijnen in uw scherm (zie voor een voorbeeld het scherm aan het begin van deze pagina). Kies voor meer info wanneer u ook van andere schermen of gebruikers de gegevens wilt bekijken.

Muteren:

De gegevens van de gekozen terminal of terminal-user verschijnen in uw scherm (zie voor een voorbeeld het scherm aan het begin van deze pagina). Kies de te wijzigen rubriek (rubrieken programmanaam en programmanummer zijn niet toegestaan) of geef met de <F4>-toets te kennen dat u niets (meer) wilt wijzigen.

Verwijderen:

Wilt u deze terminal echt verwijderen ? <J> / <RETURN>

of

Wilt u deze terminal-user echt verwijderen ? <J> / <RETURN>

Na J wordt het betreffende terminalnummer (beeldscherm) of de betreffende terminal-user (gebruiker cq. unixlogin-naam) uit de BASTA-bestanden verwijderd; in de systeemconfiguratie blijft het terminalnummer of de unixlogin-naam echter aanwezig.

N.B. Verwijder met dit programma niet het terminalnummer waarop u op dat moment werkzaam bent of uw eigen gebruikersnaam. Het is dan namelijk niet meer mogelijk om terug te keren naar het menu zonder eerst (verplicht) opnieuw het terminalnummer of de terminal-user (gebruiker cq. unixlogin-naam) aan te maken.

Terugkeren naar het hoofdmenu