Het maken van een backup op uw systeem

Er is voor gekozen om het maken van een backup 's nachts automatisch te laten verlopen.

in beeld

Bestand 1 = /tmp/tape.lst
Bestand 2 = /usr/bbx/datum
Bestand 3 = /tmp/tape.err

Daarvoor is in de cron-tabel voor het starten van automatische verwerkingen een regel opgenomen. Deze cron-tabel kunt u bekijken door achter de unixprompt het commando crontab -l te geven.

Voor meer informatie over het inloggen op de console om naar de unixprompt te gaan: In- en uitloggen op de console

U vindt in de cron-tabel ondermeer de regel:
00 2 * * 2-6 /usr/proc/kopie

Door deze regel wordt op dinsdag- t/m zaterdagnacht (2-6e werkdag) om 02.00 (00 2) de backupprocedure /usr/proc/kopie opgestart. In deze procedure staan de regels:

Voor een Sun:
umask 000
date>/usr/bbx/datum
tar -cf /dev/rst4 /usr/bbx/datum /usr >/dev/null 2>/tmp/tape.err
tar -tvf /dev/rst4 >/tmp/tape.lst 2>>/tmp/tape.err
/usr/proc/foutlyst

Voor een Linux systeem:
umask 000
date>/usr/bbx/datum
tar -cf /dev/st0 -P --absolute-names /usr/bbx/datum /usr/bbx /usr2 >/dev/null 2>/tmp/tape.err
tar -tvf /dev/st0 >/tmp/tape.lst 2>>/tmp/tape.err
/usr/proc/foutlyst

De eerste regel zorgt er voor dat alle rechten vrijgegeven worden.
Op de tweede regel wordt een bestand (/usr/bbx/datum) met de datum gevuld, zodat altijd aan het eerste bestandje op tape te zien is wanneer deze gemaakt is.
In de derde regel wordt een tape aangemaakt (tar -cf /dev/rst4 of tar -cf /dev/st0) en worden achtereenvolgens het datumbestand en het hele /usr filesysteem naar de tape gedupliceerd. De beeldschermuitvoer (die niet bestaat, want de 'v'-parameter ontbreekt) verdwijnt (>/dev/null) en de foutmeldingen komen in het bestand /tmp/tape.err (2>/tmp/tape.err) terecht.
In de vierde regel wordt de tape gelezen (tar -tvf /dev/rst4 of tar -tvf /dev/st0) en de beeldschermuitvoer (vanwege de 'v') wordt naar het bestand /tmp/tape.lst uitgevoerd (>/tmp/tape.lst) en de foutmeldingen worden toegevoegd aan de eventuele meldingen van de vorige regel (2>>/tmp/tape.err).
Tenslotte zorgt de foutlyst procedure voor een verslag op de standaardsysteemprinter.

Het is de bedoeling, dat iedere dag een tape in de tape-unit geplaatst wordt. Gebruik voor iedere dag een aparte tape. In de loop van de nacht wordt dan de backup gemaakt en de volgende morgen kunt u de tape eruit halen en opbergen. Bekijk iedere dag of fouten opgetreden zijn.

De foutmeldingen kunt u achter de unixprompt via more /tmp/tape.err bekijken.
U kunt de lijst ook via lp -dp0 /tmp/tape.err afdrukken, in dit geval op printer p0. Hetzelfde kunt u doen met de lijst van bestanden, maar dat is niet noodzakelijk (lp -dp0 /tmp/tape.lst) .

Voor meer informatie over het inloggen op de console om naar de unixprompt te gaan: In- en uitloggen op de console

Naast deze automatische nachtelijke kopie kan men natuurlijk ook tussendoor (in bijvoorbeeld de lunchpauze of direkt na werktijd) handmatig een backup te maken. Meestal wordt dan alleen het Bbx-gedeelte (dat is uw programmatuur en de werkbestanden van alle bedrijven) gedupliceerd. Ga daarvoor op de console naar de unixprompt, plaats een tape in de unit en geef in:
Op een Sun: tar -cvf /dev/rst4 /usr/bbx
Op een Linux systeem: tar -cvf /dev/st0 -P --absolute-names /usr/bbx

Tijdens het maken van de backup zijn de bestandsnamen zichtbaar op het scherm, vanwege de 'v'-parameter. Let er op, dat tijdens het dupliceren niemand op het systeem bezig is. Dit is te controleren door voor het starten van het bovenstaande tar-commando achter de unixprompt eerst who te geven. De namen van de actieve gebruikers verschijnen dan op het scherm. In principe mag alleen het console actief zijn. Als er andere gebruikers op het systeem werken tijdens het maken van de backup, kan dat problemen geven als men de backup later wil gebruiken om bestanden terug te zetten. Het is namelijk mogelijk dat er door de gebruiker meerdere bestanden tijdens de backup worden bijgewerkt. Als zo'n bestand al door de backup was verwerkt, staat de oorspronkelijke versie op de tape, maar als de backup nog niet aan zo'n bestand was toegekomen, komt de nieuwe versie op de tape te staan. Zo kan het gebeuren dat er een combinatie van oude en nieuwe bestanden op de tape komt te staan, die niet honderd procent op elkaar aansluiten.

Stel bijvoorbeeld dat een gebruiker, tijdens een backup, een verkooporder met een artikel aanmaakt. Het is dan mogelijk dat van het artikelbestand de oorspronkelijke versie op de tape komt en van het orderbestand de nieuwe versie. Als men die backup terugzet, krijgt men daarna problemen. De orderregel bestaat nog steeds, maar de hoeveelheid gereserveerd bij de artikelgegevens is te laag, omdat het artikelbestand betrekking heeft op een versie, waarin die order nog niet bestond.

Na afloop kan deze tape met tar -tvf /dev/rst4 (Sun) of tar -tvf /dev/st0 (Linux) op het scherm uitgelijst worden.

Het terugzetten van deze backup gaat met het commando:
tar -xvf /dev/rst4 /usr/bbx (Sun)
tar -xvf /dev/st0 -P --absolute-names /usr/bbx (Linux)
Neem altijd van te voren contact met Saldata op, zodat wij u daarin kunnen begeleiden. U mag van te voren geen bestanden verwijderen.

Voor meer informatie over het terughalen en reorganiseren van bestanden:

Het verdient aanbeveling om 10 tapes in huis te hebben, 5 voor de dagelijkse backup, 1 voor de cpio-tape met het complete systeem, 1 of 2 voor de tussendoor-backups en de rest zijn reservetapes.

Verschillen tussen tar en cpio tapes

Misschien is u niet duidelijk wat het verschil is tussen een via tar (of de procedure 'kopie') of cpio gemaakte tape. Zowel tar (tape archiver) als cpio (copy-in-and-out) zijn Unix opdrachten waarmee een backup kan worden gemaakt. Hoewel er in dit verband wel gesproken wordt over tar-tapes en cpio-tapes betekent dat niet dat er sprake is van fysiek verschillende tapes. U kunt dezelfde tape gebruiken voor het maken van een backup via tar of cpio. Beide methodes gebruiken echter een ander formaat om gegevens op de tape te zetten, zodat u ze niet tegelijk op één tape kan gebruiken.

Het formaat waarmee de tapes beschreven (en gelezen) worden, vormt zeker niet het enige verschil tussen beide Unix opdrachten. Elke opdracht kent eigen (on)mogelijkheden, waardoor in sommige gevallen aan tar de voorkeur wordt gegeven en in andere gevallen aan cpio. Voor de backup van regelmatig wijzigende gegevens, zoals de bestanden van uw pakket, wordt de voorkeur gegeven aan tar. Voor een volledige backup van uw hele schijf is cpio de aangewezen methode. Op zo'n volledige backup staan niet alleen de programma's en bestanden van uw applicatie, maar ook alle programma's en bestanden die Unix zelf nodig heeft om de computer te besturen.

Het maken van tar-tapes gaat het makkelijkst via de hierboven beschreven procedure 'kopie'. Meer informatie over het maken van de cpio-tape is te vinden in het hoofdstuk: 'Aanmaken users in Unix'. Op de tar-tapes staat normaal gesproken de laatste stand van de programma's en bestanden uit de map /usr en alle mappen die daaronder hangen, zoals /usr/bbx en dergelijke. Daaruit volgt dat u alleen een cpio-tape hoeft te maken als er iets verandert in mappen die niet op de tar-tape terechtkomen. Het is onmogelijk om een volledige lijst te geven van alle bezigheden, waarna een nieuwe cpio-tape moet worden gemaakt, maar met de onderstaande lijst heeft u in ieder geval een idee.

Maak een nieuwe cpio-tape:


Terugkeren naar het hoofdmenu