400 Aanmaken artikelen
Van elk nieuw in het systeem op te nemen artikel moeten de vaste gegevens worden vastgelegd. Maakt u gebruik van de Iris-module (statistiek CBS) dan kunnen naast de stamgegevens ook de artikelgegevens voor deze module ingevoerd worden.
Het artikelnummer is bij de aanmaak van een artikel vrij te kiezen. U kunt het artikelnummer later niet meer wijzigen.
Stamgegevens
Van elke nieuw in het systeem op te nemen artikel moeten de stamgegevens worden vastgelegd. De primaire sleutel van de stamgegevens wordt gevormd door het artikelnummer: deze is vrij te kiezen. Daarnaast kunt u een (secundaire) zoeksleutel inbouwen op het veld artikelomschrijving. De betekenis van de diverse velden vindt u in de beschrijving per rubriek.
Werkwijze Start programma 400.
1 - Artikelnummer Geef het artikelnummer in.
2 - Gegevens In een aantal schermen worden de stamgegevens,
en eventueel de gegevens voor de Iris-module
ingevoerd. U kunt met de <F2>-toets terug
naar het vorige veld.
3 - Einde Het programma keert terug naar stap 1, waarna
u een volgend artikel kunt invoeren, of het
programma met functietoets <F4> kunt
verlaten.
Geeft u een bestaand nummer in, dan meldt het pro-
gramma dat en kunt u eventueel terug naar de ingave
van het artikelnummer of via I het info/muta-
tieprogramma starten (zie programma 401).
Inhoud en betekenis van de meest gebruikte rubrieken
De rubrieken in het artikelbestand zijn in een aantal groepen te verdelen: de algemene gegevens (rubriek 1 tot 24 in het eerste scherm) en het scherm met de gegevens voor de Iris-module (indien in gebruik).
Voor meer informatie: zie de handleiding van de Iris-module.
1 - Arikelnummer 17 A
Het artikelnummer is bij het aanmaken van een nieuw
artikel vrij te kiezen. Het kan niet gewijzigd
worden. Mag in principe zowel alfanumeriek als nume-
riek zijn.
2 - Omschrijving 35 A
U kunt een zoeksleutel van maximaal 20 posities in-
geven. U start een zoeksleutel door op de gewenste
plaats <F1> te geven. Na maximaal 20 tekens moet u de
zoeksleutel met <F3> afsluiten. U kunt het veld daarna
aanvullen. De zoeksleutel wordt rechts in het scherm
getoond. De eerste 20 tekens komen op alle betref-
fende overzichten te staan, de overige 15 alleen
indien de ruimte op het overzicht dat toelaat.
3 - Artikelgroep 2 N
Maximaal 100 groepen (0 t/m 99) zijn mogelijk, die
gebruikt worden ten behoeve van het toekennen van
kortingen en het produceren van statistische over-
zichten.
4 - Locatie 6 A
Wordt gebruikt om per pakbon de artikelen op loca-
tie gesorteerd af te drukken.
5 - Voorraad mag. 0 5 D 2
6 - Voorraad mag. 1 5 D 2
Bij de orderingave moet worden vermeld uit welk maga-
zijn het artikel geleverd moet worden.
7 - Reserveveld
8 - Reserveveld
9 - Reserveveld
10 - Reserveveld
11 - Aantal besteld 5 D 2
12 - Omschr. eenheid 6 A
13 - Minimum voorraad 5 D 2
Als de voorraad verhoogd met aantal besteld en ver-
laagd met de reservering op orders beneden deze
waarde komt, verschijnt het artikel op het minimum
voorraad overzicht.
14 - Laatste inkoop- 5 D 2
prijs
15 - Bruto verkoop- 5 D 2
prijs Verkoopprijs voor korting cq. toeslagen, exclusief
btw.
16 - Verrekenprijs 5 D 2
Tegen de hier genoemde prijs staat de voorraad ge-
waardeerd.
17 - Laatste inkoop- MMJJ
datum
18 - Artikelkorting 2 D 1
19 - Prijscontrole- 2 D 1
percentage Als bij de orderingave de verkoopprijs met een hoger
percentage wordt gewijzigd dan in dit veld is inge-
voerd, dan volgt een melding daarvan.
20 - Btw-code 1 N
0: geen btw;
2: lage btwpercentage;
3: hoge btwpercentage.
21 - Statuscode 1 N
Informatief veld.
22 - Grootboekcode 2 N
Door middel van de grootboekcode worden de voorraad-
rekeningen, de kostprijsrekeningen en de opbrengst-
rekeningen automatisch geboekt (journaalposten uit
'voorraadcorrecties', 'prijswijzigingen' en 'factu-
rering'). Dit zijn de 2e en de 3e positie van de
relatiecodes in de 400, de 500 en de 600-serie.
Zie de documentatie van A/I/M Relaties.
23 - Crediteurnummer 6 N
Crediteurnummer leverancier van het artikel. Zoeken
via een zoeksleutel is mogelijk. Programma vraagt
of crediteur goed is.
24 - Code vervangend 1 N
artikel 0: geen vervangend artikel
1: wel vervangend artikel
25 - Nummer vervan- 17 A
gend artikel Indien bij de orderinvoer wordt geconstateerd dat
van een te leveren artikel de voorraad onvoldoende
is en dit veld is gevuld, dan vraagt het programma
of het vervangende artikel geleverd kan worden.
Na het laatste gegeven vraagt het programma of de gegevens juist zijn. Eventueel terug naar veld 25.
Indien u gebruik maakt van de Iris-module, dan kan in een apart 'scherm' de Iris-gegevens van het artikel ingevoerd worden.
Bij de Irisgegevens gaat het om de statistiekcode, aantal meenemen J/N, en netto gewicht per artikel.
Voor meer informatie: zie de handleiding van de Iris-module.