De boeking bij de fakturering hangt af van de manier waarop de opbrengst geboekt moet worden. Dit kan namelijk via de debiteuren of via de produkten plaatsvinden.

NMX300 - stuurgegevens 1, veld 5: opbrengst via grootboekkode debiteur of model

Onderwerp	Relatiekode
Debiteuren	???
Korting	1??
Aan af te dragen BTW	???
Aan opbrengst debiteuren (of produkten)	6??
Kostprijs	5??
Aan voorraad	4??

De exacte relatiekodes zijn afhankelijk van de grootboekkodes bij debiteuren en produkten. Vergeet daarbij niet dat bij opbrengstboekingen via modellen twee grootboekkodes een rol spelen. Normaal wordt voor boekingen met modellen de grootboekkode uit de voorraadgegevens gebruikt, maar voor de boeking van een modelopbrengst wordt de grootboekkode uit de prijsgegevens gebruikt.

Ook speelt de gemaakte keuze voor het boeken van de opbrengst een rol bij het boeken van orderregels voor kortingen, diversen en vreemd produkt. Als men de opbrengst boekt via de debiteur kunnen deze bedragen bij de opbrengst van de debiteur worden geboekt. Boekt men de opbrengst via de produkten dan is dit niet mogelijk, omdat er meerdere produkten op een order kunnen voorkomen. Daardoor is het niet duidelijk aan welk produkt bijvoorbeeld een diversenregel gekoppeld is. Daarom wordt voor deze regels in zo'n geval grootboekkode 99 gebruikt. Men kan echter via de stuurparameters aangeven dat men zelf een grootboekkode bij diversen- en kortingsregels in wil geven. In dat geval zal de bij het aanmaken van de verkooporder ingegeven grootboekkode worden gebruikt.

NMX300 - stuurgegevens 3, veld 4: grootboekkode bij korting- of diversenregel